Organisch keukenafval via het riool: een milieu en juridische en governance aspecten analyse
Details
Energie & Circulaire Systemen
Rapporten
In dit onderzoek zijn de impact op het milieu en de juridische en governance aspecten van het afvoeren van organisch keukenafval via het riool bestudeerd. Dit is een aanvulling op de technische analyse gerapporteerd in “Assessing the impact of food waste disposers on the indoor sewer system” KWR 2020.079.
Bij het bepalen van de milieuimpact lag de focus vooral op de vraag: aan welke ‘knoppen’ kan men draaien om meer uit dit concept te halen. Hiervoor is er een vergelijking gemaakt van drie scenario’s: afvoer van organische voedselresten via GFT bak (GFT scenario), afvoer via het restafval (restafvalscenario) of afvoer waarbij de voedselresten via een voedselrestenvermaler viahet riool worden afgevoerd(riool scenario). Als basis voor dit onderzoek dient het STOWA 2015-07 rapport. Er is aangenomen dat de inventarisatie van hoeveel materiaal, energie, chemicaliën e.d., niet veranderd is, maar dit model is wel geüpdatet met behulp van een nieuwe life cycle inventory (LCI) database en een herziene impact assessment methode. Hierdoor wijken de nieuwe resultaten in belangrijke mate af van de resultaten in het STOWA rapport. De conclusie dat afvoer van organisch keukenafval via GFT afval een lagere impact heeft dan via het riool, wordt echter ook met dit nieuwe model (met bijbehorende aannamen) bevestigd, al is het verschil wel minder groot. De parametersensitiviteitsanalyse toont vier belangrijke kernpunten aan. Ten eerste blijkt het gebruik van een groenere energievorm in het proces vooral een gunstig effect te hebben op het scenario met afvoer via het riool. Ten tweede blijkt het reduceren van het waterverbruik in het riool-scenario van 16,8 naar 10L de milieu impact met ~5% te verlagen. Als derde, volgt uit deze studie dat in het scenario met afvoer via het riool de impact van de vermaler erg groot is. Aangezien de impact per kg voedselresten wordt berekend, neemt de impact van de vermaler af als er meer voedselresten mee vermalen kunnen worden. Het blijkt dan ook te lonen (~20%) als meerdere huishoudens hun keukenafval via dezelfde vermaler zouden afvoeren. En als laatste blijkt de kwaliteit van compost van groot belang voor de vergelijking met het GFT scenario. Uit het onderzoek van Bolzanella et al., 2003 blijkt namelijk dat de kwaliteit van de compost sterk kan variëren, en deze spreiding betekent dat in het beste geval de impact van het GFT scenario ongeveer 35% lager is dan bij een gemiddelde compostkwaliteit. Dit heeft uiteraard een grote invloed op de onderlinge vergelijking van de verschillende scenario’s. Het advies is nu om vooral te richten op levensduurverlenging van de vermaler. Het afvoeren van voedselresten wordt vooral overwogen in hoogbouw, waar afvoer van voedselresten vooral via restafval plaatsvindt. In dit model scoort afvoer van voedselresten via het riool fors beter dan afvoer via restafval.