BTO mansam - BTO 2019.025

Energietransitie handelingsperspectieven voor drinkwaterbedrijven. Managementsamenvatting: Drinkwaterbedrijven zien het meest in proactief meewerken aan de energietransitie door zelf met aanzetten te komen

Rapporten

Om de CO2 -uitstoot in Nederland terug te dringen, is een energietransitie nodig die ook impact zal hebben op de drinkwatersector. Drinkwaterbedrijven zijn nu in een positie om te kiezen hoe zij in deze discussie zullen handelen. Dit is een mooie uitgangspositie en tegelijkertijd is het problematisch voor wat betreft het verantwoorden van de gekozen handelingsperspectieven. Via literatuurstudie, interviews en een werksessie zijn de mogelijke handelingsperspectieven op een rijtje gezet. Er blijkt het meeste draagvlak te bestaan voor een proactieve houding waarbij de drinkwaterbedrijven zelf met aanzetten voor de energietransitie komen. Verder is wet en regelgeving omtrent de betrokkenheid van drinkwaterbedrijven in de energietransitie nog ontoereikend. Waterbedrijven kunnen bijvoorbeeld lobbyen voor wet- en regelgeving die ruimte biedt voor de rollen die ze op zich willen nemen, mogelijk binnen de vier wetgevingstranches van de aangekondigde “wetgevingsagenda energietransitie”.
Belang: ondersteuning voor de keuze van rol en strategie in de energietransitie. Het is in Nederland niet langer de vraag óf de energietransitie er komt, maar hoe we daar inhoud en vorm aan gaan geven. Deze energietransitie kan grote impact hebben op de drinkwatersector. Drinkwaterbedrijven willen de drinkwaterinfrastructuur op een proactieve manier beheren en daarnaast ook hun maatschappelijke rollen vervullen. Zij zijn nog vrij om een rol en een strategie te kiezen in de energietransitie. Dit is een mooie uitgangspositie, maar drinkwaterbedrijven willen hun keuzes ook goed kunnen verantwoorden. Daarom willen ze breed gedragen handelingsperspectieven bepalen, in overleg met alle belanghebbenden.
Aanpak: literatuurstudie, interviews en werksessie. Door een literatuurstudie en interviews met negen experts van binnen en buiten de watersector is informatie verzameld over de potentiële gevolgen van de beoogde energietransitie voor drinkwaterbedrijven. In een werksessie op 19 februari 2019 bij KWR in Nieuwegein zijn de daarbij geïnventariseerde kansen en risico’s besproken met vertegenwoordigers van de drinkwaterbedrijven en de mogelijke handelingsperspectieven op een rijtje gezet die de drinkwaterbedrijven kunnen gebruiken om zich voor te bereiden op de transitie.
Resultaten: proactief zelf aanzetten geven meest breed gedragen handelingsperspectief. De vertegenwoordigers van de drinkwaterbedrijven hebben de verschillende handelingsperspectieven in de energietransitie gerangschikt op basis van de gepercipieerde verhoudingen tussen wat een waterbedrijf ‘moet’, ‘kan’ en ‘wil’ doen. Geen enkele handelingsperspectief werd gezien als hoofdzakelijk een kwestie van moeten, waardoor er verschillende perspectieven zijn over wat drinkwaterbedrijven willen en kunnen doen inzake de energietransitie.
Het meest breed gedragen handelings- perspectief binnen de drinkwaterbedrijven is een proactieve houding naar de energietransitie. De respondenten waren het erover eens dat drinkwaterbedrijven open moeten staan voor bepaalde ontwikkelingen op energiegebied. Zij kunnen bijvoorbeeld proactief in kaart brengen waar ze bepaalde oplossingen – denk bijvoorbeeld aan het aanleggen van warmtenetten – wenselijk achten vanuit drinkwaterbelang, en waar niet.
Implementatie: meer onderzoek en lobby voor wet- en regelgeving die past bij gewenste rollen. In diverse onderzoeksprojecten (BTO, TKI, Stowa) wordt momenteel kennis ontwikkeld over de mogelijke (infrastructurele) koppelkansen tussen water en energie en over de risico’s verbonden aan nieuwe technieken voor zowel drinkwaterbronnen als distributienetten. Om de impact van de transitie op bestaande drinkwaterinfrastructuur en assets in kaart te brengen, is meer specifiek en uitgebreid (empirisch onderbouwd) onderzoek nodig. Verder kunnen waterbedrijven lobbyen voor wet- en regelgeving die ruimte biedt voor de rollen die ze op zich willen nemen. Er zijn vier wetgevingstranches waarbinnen de aanpassing van de wet- en regelgeving wordt gerealiseerd door in de aangekondigde “wetgevingsagenda energietransitie”.
Dit onderzoek is beschreven in het rapport Energietransitie: handelingsperspectieven voor drinkwaterbedrijven (BTO 2019.025)

Download pdf
Heeft u een vraag over deze publicatie?