BTO rapport - BTO 2016.002

Ondergronds Zuiveren - Uitwerking van de toepasbaarheid en verkenning van de mogelijklheden voor drinkwaterproductielocatie Heel (WML)

Rapporten

Zowel de puteigenschappen als de onttrekkingscondities op Heel bieden mogelijkheden voor het testen van Ondergronds Zuiveren als aanvullende zuiveringstechniek. Het aanrijken van de aquifer rond een put met reactieve middelen zoals actief kool, ijzerhydroxiden of mangaanoxiden lijkt daarvoor het meest geschikt en praktisch haalbaar. Onder verschillende redoxcondities kunnen verschillende organische microverontreinigingen meer of juist minder afbreken. Daarom heeft de variatie in redoxcondities op Heel niet bij voorbaat een beperkende invloed op de toepasbaarheid van Ondergronds Zuiveren. De mate van verwijdering door de toepassing van actief kool als reactief middel lijkt op voorhand niet gevoelig te zijn voor redoxcondities. Wat betreft ijzerhydroxiden danwel mangaanoxiden als reactief middel blijkt uit de literatuur dat deze onder zowel oxische als ijzerreducerende condities bepaalde stoffen versterkt kunnen afbreken. Experimentele tests onder verschillende condities zullen moeten uitwijzen onder welke combinatie van redoxcondities en reactief middel de sterkste verwijdering op zal treden voor bepaalde stoffen. Bij de toepassing van mangaanoxiden als reactief middel onder ijzerreducerende omstandigheden is ook mangaanmobilisatie als gevolg van reductie van mangaanoxiden door opgelost tweewaardig ijzer een aandachtspunt. De aanwezigheid van (te?) hoge achtergrondstroming is de grootste onzekerheid voor de putten uit de Galgenberg ruwwatersectie. Met veld- en modelonderzoek zouden de mate van achtergrondstroming en de invloed op het creƫren van een ondergrondse reactieve zone bepaald kunnen worden.

Download pdf
Heeft u een vraag over deze publicatie?