Vakblad artikel

Interview B. van der Hoorn, M.J.M. Hootsmans - Soorten jagen met e-dna

Artikelen

“Schubben, uitwerpselen of wat opgelost slijm. Meer heeft een ecoloog of beheerder binnenkort niet nodig om te weten welke vis, reptiel of amfibie in een slootje, beek of meer zit. Een potje water scheppen op de verwachte hotspot is genoeg. Vervolgens doen laboranten en geavanceerde dna-sequencers de rest van het werk en krijgt de ecoloog binnen een mum van tijd de uitslag. Environmental dna ofwel e-dna, is sterk in opkomst. ‘Het in kaart brengen van soorten kan in een keer een stuk eenvoudiger en sneller’, aldus Berry van der Hoorn, hoofd van de afdeling Biodiversity Discovery van Naturalis die diverse edna-projecten onder zijn hoede heeft. ‘Dat biedt enorme mogelijkheden voor de monitoring van de biodiversiteit. Juist op het moment dat er steeds meer vraag naar is en de taxonomische expertise achteruit holt.’
Want weet maar eens de belangrijkste muggenlarven van elkaar te onderscheiden of kiezelwieren, beide belangrijke indicatoren voor de kwaliteit van zoete wateren. ‘Het kost jaren voordat iemand zich die kennis heeft eigen gemaakt. Dus dat is meestal duur onderzoek. Monitoring met e-dna gaat veel sneller en daarvoor heb je die expertise in het veld veel minder nodig’, aldus Van der Hoorn.”

(Citaat: Smit, A. – Interview B. van der Hoorn, M.J.M. Hootsmans – Soorten jagen met e-dna – Bionieuws 29(2019)sept., p.10-11)

Bekijk het artikel
Heeft u een vraag over deze publicatie?