BTO rapport - BTO 2011.018

Kennisinventarisatie ontijzering

Rapporten

Ontijzering in snelfilters is een klassiek en in de bedrijfstak veel toegepast proces. Het halen van de
streefwaarde voor ijzer in het reine water (<0.05 mg/L) is voor de diverse grondwaterbedrijven geen probleem, omdat er voldoende kennis aanwezig is. In de loop der tijd zijn verschillende onderzoeken naar ontijzering uitgevoerd, onder andere in het BTO, maar ook daar buiten. Voorbeelden hiervan in Nederland zijn de promotieonderzoeken van Lerk1 (TU Delft) en van Sharma2-9 (UNESCO-IHE) naar mechanismes van ontijzering en lopend onderzoek naar ammoniumverwijdering van De Vet (TU Delft), waarbij ook wordt gekeken naar het voorkomen van ijzeroxiderende bacteriƫn (IOB) in zandfilters10. In het verleden is bij het toenmalige KIWA een aantal rapporten over ontijzering geschreven. Voorbeelden hiervan zijn Mededeling 9, Richtlijnen ten dienste van het ontwerpen en de behandeling van snelfilters11, en SWE 98.004, Filtratietechniek grondwater Technische aspecten12. Op een ander spoor is er in het verleden bij KIWA onderzoek gedaan naar ondergrondse ontijzering, zoals beschreven in bijvoorbeeld Mededeling 78, Ondergrondse ontijzering, een evaluatie van uitgevoerd onderzoek13. In het huidige BTO wordt indirect onderzoek gedaan naar ontijzering als het gaat om biologische stabiliteit en afgifte van deeltjes14. Een recent direct BTO resultaat is de literatuurstudie naar biologische ontijzering15. Dergelijke studies leiden regelmatig tot discussies over welk ontijzeringsmechanisme nu domineert (adsorptief, biologisch, flocculent) en hoe dit proces dan te optimaliseren is.

Download pdf
Heeft u een vraag over deze publicatie?